Vragen en antwoorden

Het vernieuwde pensioenstelsel komt eraan. Uiterlijk in 2028 moeten alle pensioenfondsen overgaan op de nieuwe regels voor pensioen. Maar waarom komen er eigenlijk nieuwe regels voor pensioen? Hoe gaan die eruitzien? En wat betekent het voor u? Hieronder vindt u een overzicht van vragen en antwoorden over het vernieuwd pensioen.

Op deze pagina houden we u op de hoogte van veelgestelde vragen en de antwoorden daarop. We werken deze pagina regelmatig bij.

Planning en proces

Nee, dat is niet mogelijk. De overgang op de nieuwe regels is een omvangrijk project dat zorgvuldig moet worden uitgevoerd. Er zijn ook veel partijen bij betrokken. Om dit te waarborgen, is voldoende tijd nodig. 

Niet alle pensioenfondsen stappen op 1 januari 2027 over. De wet schrijft een overgangsperiode voor waarin pensioenfondsen kunnen overstappen naar een nieuwe pensioenregeling. Deze periode loopt van 1 januari 2025 tot en met 1 januari 2028. De meeste pensioenfondsen stappen over per 1 januari 2026 of 1 januari 2027.

Nee. De nieuwe regels gelden voor iedereen. Of u nu pensioen opbouwt bij SPMS, in het verleden pensioen bij ons heeft opgebouwd of al met pensioen bent. Uw huidige pensioen bij SPMS wordt onder de nieuwe regels omgerekend naar een pensioenpot. Als niet iedereen zou overgaan op de nieuwe regels dan zou dat kostenverhogend werken. We moeten dan immers 2 systemen tegelijk beheren. Het zou ook betekenen dat het lastiger is om vast te houden aan een solidaire regeling. Een belangrijk punt is dat we de risico’s met elkaar blijven delen onder de nieuwe regels.

In het najaar van 2026 ontvangen alle deelnemers een voorlopig overzicht van het huidige pensioen en het verwachte pensioen volgens de nieuwe regels. U krijgt zo een indruk wat de verandering voor u persoonlijk betekent. 

De hoogte van het pensioen is afhankelijk van verschillende factoren zoals de dekkingsgraad en de rentestand. Zouden we nu een prognose geven, dan is die erg onnauwkeurig. Ook hebben we nog niet alle besluiten genomen die nodig zijn voor de overgang op de nieuwe regels. Het kan zijn dat er nog aanpassingen nodig zijn op verzoek en in overleg met toezichthouder De Nederlandsche Bank. Het definitieve overzicht ontvangt u in het voorjaar van 2027.

We zijn nog druk bezig met het maken van berekeningen en het doornemen van scenario’s. De exacte uitkomst hangt af van diverse variabele factoren, zoals de rentestand en de dekkingsgraad (hoe financieel gezond een fonds is) op het moment dat we overgaan op de nieuwe regels. Het is daarom nog niet mogelijk om precies aan te geven wat de overgang op de nieuwe regels betekent voor uw pensioen. In het najaar van 2026 ontvangt u een voorlopig overzicht van uw verwachte pensioen in de nieuwe regeling. 

Gezamenlijke buffer (solidariteitsreserve)

BPMS heeft ervoor gekozen om de gezamenlijke buffer in te zetten om dalingen in pensioenuitkeringen en grote schokken in de pensioenpot als gevolg van financiële tegenvallers op te vangen. Een deel van de huidige buffer wordt straks gebruikt om de gezamenlijke buffer te vullen. Daarna wordt de gezamenlijke buffer aangevuld vanuit een deel van het overrendement (het geld uit het rendement dat over is na betaling van de kosten voor vermogensbeheer, de toevoeging van de rente aan de pensioenpotten en het beschermen van uw pensioen tegen de gevolgen van schommelingen in de rente) als het overrendement positief is. 

De gezamenlijke buffer zal steeds tussen 0 en 15% van de som van alle persoonlijke pensioenvermogens en deze gezamenlijke buffer zelf zijn. BPMS heeft laten berekenen dat de gezamenlijke buffer per 1 januari 2027 start met ongeveer 10,5% als de dekkingsgraad op 31 december 2026 hoger is dan ongeveer 117,3%. Dit is genoeg om de doelen van de gezamenlijke buffer te bereiken.

De bovengrens van de gezamenlijke buffer is 15% van de som van alle persoonlijke pensioenvermogens en deze gezamenlijke buffer zelf. Dit is het wettelijk maximum. 

Ja. Door fiscale regelgeving bij de huidige regeling mogen we maar beperkt pensioenen verhogen. Dit betekent dat we meer geld dan nodig overhouden om risico’s op te vangen. Onder de nieuwe regels die op 1 januari 2027 ingaan hoeven we minder geld aan te houden om risico’s op te vangen.

Dat betekent dat uw pensioen sneller omhoog kan gaan als het goed gaat met de beleggingen. Uw pensioen kan ook omlaaggaan als het (langere tijd) slecht gaat met de beleggingen. Om een verlaging van uw pensioen te voorkomen, is een goede bescherming afgesproken via de gezamenlijke buffer. Ook spreiden we resultaten uit beleggingen over meerdere jaren zodat de invloed van schommelingen van de beleggingen minder groot wordt. Dit betekent ook dat we minder geld hoeven aan te houden in de buffer (solidariteitsreserve). Het geld dat we niet nodig hebben voor de buffer komt bij uw pensioenpot.   

Beleggen (per leeftijdsgroep)

Ja, SPMS blijft collectief beleggen. Doordat we voor een grote groep beleggen, kunnen de kosten omlaag en is er meer kans op een beter rendement. Daarnaast delen we de risico’s samen. Hoe oud u ook wordt, u blijft pensioen ontvangen. En we nemen maatregelen om te zorgen dat uw pensioen zo stabiel mogelijk blijft. Als de beleggingsrendementen tegenvallen, vullen we uw pensioen tot op zekere hoogte aan met geld uit de gezamenlijke buffer. We willen zoveel mogelijk voorkomen dat uw pensioen daalt als het economisch minder goed gaat en de beleggingsrendementen tegenvallen.

Nee, dat is niet mogelijk. SPMS blijft het pensioengeld collectief beleggen. Wel wordt het beleggingsbeleid in de nieuwe regeling toegespitst op de levensfasen van deelnemers. Zo wordt er voor jongeren met meer risico belegd dan voor ouderen. We noemen dit beleggen per leeftijdscategorie. Ook wordt voor pensioengerechtigden minder beleggingsrisico genomen dan voor (voormalige) deelnemers. Daarnaast onderzoeken wij minimaal eens in de 5 jaar hoeveel risico u wilt nemen met de beleggingen. De uitkomsten van het onderzoek zijn een belangrijke pijler onder ons beleggingsbeleid.

Het staat niet vast hoe hoog uw pensioen straks is onder de nieuwe regels. Uw pensioen beweegt straks mee met de resultaten uit de beleggingen. Uw pensioen kan eerder omhoog, maar ook eerder omlaag. Dat hangt vooral samen met de stand van de economie en daarmee de opbrengst van onze beleggingen. We nemen maatregelen om dalingen in ingegane pensioenen zoveel mogelijk te dempen door minder beleggingsrisico te nemen in de uitkeringsfase en het spreiden van schokken. Ook houden we onder andere een gezamenlijke buffer (solidariteitsreserve) aan. Die buffer zetten we in om slechte beleggingsopbrengsten deels op te vangen en om te voorkomen dat ingegane pensioenen dalen. 

Als we uitgaan van de huidige dekkingsgraad (hoe financieel gezond een fonds is), dan is de kans groot dat uw pensioen op 1 januari 2027 omhooggaat. Na die datum wordt uw pensioen meer afhankelijk van wat onze beleggingen opleveren. Ingegane pensioenen worden één keer per jaar aangepast per 1 januari. Het pensioen dat u ontvangt varieert niet maand-op-maand. U weet dus een heel jaar lang waar u op kunt rekenen als het om uw pensioen gaat.

 

De ESG-uitgangspunten veranderen niet. We vinden rendement, risico en kosten belangrijk en hebben daarnaast oog voor de invloed van onze beleggingen op mens, milieu en maatschappij.

BPMS wil dat voor gepensioneerden minder risico wordt genomen. Dat leidt er inderdaad toe dat het verwachte rendement voor gepensioneerden lager is dan voor jongeren. BPMS heeft goede redenen om minder risico te willen nemen voor gepensioneerden. Meer risico voor gepensioneerden betekent namelijk meer schommelingen – positief en negatief – van de pensioenuitkering. BPMS vindt het niet wenselijk als de hoogte van de pensioenuitkering te veel fluctueert. Ondanks dit verwachten we dat voor ingegane pensioenen over een lange periode gemiddeld de prijsinflatie wordt bijgehouden. Dit komt ook uit de berekeningen die wij hebben laten uitvoeren. Dit is onderdeel van onze pensioendoelstelling. 

U kunt zelf, aanvullend, beleggen. Als u dat met netto vermogen doet wordt dit meegenomen in de belastingheffing in box 3. Als u wilt beleggen via een lijfrente (premie aftrekbaar, uitkering belast) dan kan dit niet in plaats van de pensioenregeling. Die blijft voor iedereen bestaan. De mogelijkheid om lijfrentepremie af te trekken wordt beïnvloed door de opbouw bij SPMS. U kunt niet zelf aanvullend beleggen bij SPMS. Daarvoor kunt u bij een andere aanbieder terecht.

BlackRock voert een groot deel van het vermogensbeheer uit. Dat is één van de grotere mondiale vermogensbeheerders. Hierdoor kunnen we gebruikmaken van schaalvoordelen en blijven de kosten relatief laag. De kosten houden we uiteraard goed in de gaten.

Uitdelen van de buffer

Het vermogen van het fonds zal voor vijf onderdelen worden ingezet: 

  • Het vullen van de pensioenpotten, waaronder compensatie voor afschaffing doorsneesystematiek voor actieve deelnemers die nadeel hebben van de overgang op de nieuwe regeling en gerichte toedeling voor (gewezen) deelnemers en pensioengerechtigden met aanspraken bij keuzeverzekeraars en mogelijk nog andere gerichte toedelingen om de overgang op de nieuwe regeling evenwichtig te laten uitvallen.
  • Vullen van de gezamenlijke buffer (solidariteitsreserve) 
  • Aanhouden van wettelijk minimaal vereist eigen vermogen 
  • Collectieve voorzieningen (voor o.a. premievrijstelling bij arbeidsongeschiktheid en toekomstige uitvoeringskosten)  
  • Operationele  reserve (voor opvangen van risico’s van meer arbeidsongeschiktheid dan verwacht, meer kosten dan verwacht en andere risico’s die niet worden opgevangen door de solidariteitsreserve).

Dat is afhankelijk van de hoogte van de dekkingsgraad (hoe financieel gezond een fonds is) op 1 januari 2027. BPMS heeft laten berekenen dat de gezamenlijke buffer per 1 januari 2027 start met ongeveer 10,5% als de dekkingsgraad op 31 december 2026 hoger is dan ongeveer 117,3%. Dit is genoeg om de doelen van de gezamenlijke buffer te bereiken.

Iedereen krijgt in de pensioenpot een vermogen dat overeenkomt met de (contante) waarde van het op 1 januari 2027 opgebouwde pensioen. Samen met wat we nodig hebben voor de collectieve voorzieningen per 1 januari 2027 komt dit ruwweg overeen met 100% dekkingsgraad. Het deel van de dekkingsgraad boven de 100% wordt deels gebruikt voor de reserves die wij willen aanhouden (gezamenlijke buffer (solidariteitsreserve), minimaal vereist eigen vermogen en operationele reserve). De rest wordt verdeeld voor een eenmalige aanvulling van de pensioenpotten. Iedereen krijgt hier iets uit. 

De wijze waarop de buffer wordt verdeeld is gebaseerd op een door de wet voorgeschreven rekenmethode. Het fonds kan besluiten binnen deze methode een deel te herverdelen om de transitie voor iedereen evenwichtig uit te laten komen. 

Het bedrag wordt toegevoegd aan uw pensioenpot.

De buffer wordt in één keer uitgedeeld. 

Nee. In het najaar van 2026 krijgt u een voorlopig inzicht in wat de gevolgen van de nieuwe regeling naar verwachting voor u zijn. U ontvangt dan een overzicht van uw pensioen en een voorlopig overzicht van uw verwachte pensioen onder de nieuwe regels.

Nee, SPMS voegt het deel van de onvoorwaardelijke indexatie dat nog niet is omgezet in een hogere uitkering in de nieuwe pensioenberekening toe aan uw pensioenpot. U ondervindt geen nadeel.

Pensioenpot

De ingelegde premies minus de kosten en premies voor risicodekkingen vermeerderd met rendement en eventuele aanvullingen uit de solidariteitsreserve bepalen de hoogte van de pensioenpot. Vanaf de pensioendatum worden er geen premies meer ingelegd en worden de uitkeringen onttrokken aan de pensioenpot. Het rendement wordt daar dan weer aan toegevoegd. Ook kunnen eventuele aanvullingen uit de gezamenlijke buffer (solidariteitsreserve) de hoogte van de pensioenpot bepalen. 

Uw pensioenpot is dan beter gevuld. En maakt dat eerder stoppen makkelijker te realiseren is. Het is echter wel zo dat wanneer u besluit eerder met pensioen te gaan, uw pensioen ook langer uitbetaald moet worden. Hierdoor is het pensioenbedrag lager dan wanneer u later met pensioen gaat. Bij het maken van een keuze is het belangrijk om te kijken naar uw inkomensbehoefte en uitgavenpatroon. Voor meer inzicht in uw financiële situatie kunt u contact opnemen met een financieel planner van SPMS.

Dat kunt u vanaf 2027 inzien in uw ingelogde omgeving (nu MijnSPMS).

Nee. U ontvangt pensioen zolang u leeft, ook als u 110 jaar oud wordt. Uw pensioenpot kan net als die van andere gepensioneerden niet leegraken. De pensioenpotten van (voormalige) deelnemers en pensioengerechtigden die overlijden vervallen. Dat wordt gebruikt om pensioenpotten van personen die lang leven aan te vullen. Naar verwachting is dat precies genoeg. Als er hiervoor geld te kort of over is wordt dat via de rendementstoedeling verdeeld over iedereen.

Nee. Vanuit uw pensioenpot betalen wij uw pensioen. U ontvangt een maandelijks, levenslang pensioen tot uw overlijden. Eventueel wordt er na uw overlijden nog partnerpensioen uitgekeerd. De pensioenpotten van (gewezen) deelnemers en pensioengerechtigden die overlijden vervallen. Dat wordt gebruikt om pensioenpotten van personen die lang leven aan te vullen. Naar verwachting is dat precies genoeg. Als er hiervoor geld te kort of over is wordt dat via de rendementstoedeling verdeeld over iedereen.

Als u een partner heeft, ontvangt uw partner partnerpensioen. En als u kinderen heeft, krijgen zij wezenpensioen. De pensioenpotten van (voormalige) deelnemers en pensioengerechtigden die overlijden vervallen. Dat wordt gebruikt om pensioenpotten van personen die lang leven aan te vullen. Naar verwachting is dat precies genoeg. Als er hiervoor geld te kort of over is wordt dat via de rendementstoedeling verdeeld over iedereen.

Nee. Als u arbeidsongeschikt wordt, blijft de pensioenpot gewoon in stand. Sterker nog: bij minimaal 50% arbeidsongeschiktheid neemt SPMS uw premieplicht over. Dat betekent dat u pensioen blijft opbouwen, zelfs als u niet meer kunt werken. In iedere premie zit een opslag voor de premieovername bij arbeidsongeschiktheid. Die wordt dus door het collectief gedragen. 

Nee, dit vermogen valt niet in box 3.

Premie

Voor veel deelnemers niet. Voor een deel van de deelnemers wel. In de oude regeling is er geen fiscaal maximale premie, maar wel een fiscaal maximale opbouw. In de nieuwe regeling is er geen fiscaal maximale opbouw maar wel een fiscaal maximale premie (voor het deel van de premie voor ouderdomspensioen en partnerpensioen na pensionering). Wij willen een fiscaal maximale regeling blijven aanbieden.

Als u in het verleden gekozen heeft voor opting-out dan betaalt u nu een lagere premie en bouwt u minder pensioen op. In de nieuwe regeling kan dit niet. U gaat vanaf 2027 de volledige premie betalen. Ook als u geen partner heeft (aangemeld) is de premie nu lager dan de nieuwe premie die u gaat betalen. Vanaf 2027 is iedereen standaard verzekerd voor een partnerpensioen. Als u op de pensioendatum geen partner heeft, kunt u het partnerpensioen omzetten in een hoger ouderdomspensioen.

De premie zal ongeveer € 35.800 op jaarbasis gaan bedragen (op basis van de gegevens voor 2025). Dit is exclusief premies voor risicodekkingen en kostenopslagen. 

Het uitgangspunt van de pensioenregeling van SPMS is een fiscaal maximale pensioenregeling. Oftewel: de fiscale ruimte voor pensioenopbouw, wordt volledig benut door de pensioenregeling van SPMS. Omdat in de nieuwe pensioenregeling niet de hoogte van het pensioen het uitgangspunt is, maar de premie, betaalt u de fiscaal maximale pensioenpremie.

Als u in het verleden gekozen heeft voor opting-out dan betaalt u nu een lagere premie en bouwt u minder pensioen op. In de nieuwe regeling kan dit niet. U gaat vanaf 2027 de volledige premie betalen. Ook als u geen partner heeft (aangemeld) is de premie nu lager dan de nieuwe premie die u gaat betalen. Vanaf 2027 is iedereen standaard verzekerd voor een partnerpensioen. Als u op de pensioendatum geen partner heeft, kunt u het partnerpensioen omzetten in een hoger ouderdomspensioen.

Nee, dat is niet mogelijk.

In de nieuwe regeling is sprake van een premieovername vanaf 50% beroepsongeschiktheid. Bij gedeeltelijke arbeidsongeschiktheid neemt SPMS een evenredig deel van de premiebetaling over. Vanaf 80% arbeidsongeschiktheid wordt de pensioenpremie volledig overgenomen door SPMS.

Met pensioen gaan

De standaard pensioenleeftijd in de nieuwe regeling wordt de AOW-leeftijd. U kunt uw pensioen maximaal 10 jaar vóór of maximaal 5 jaar ná de AOW-leeftijd laten ingaat. 

U kunt dan nog kiezen voor hoge-, lage- of geen conversie. U gaat dan als gepensioneerde over naar het nieuwe stelsel. Net als voor andere gepensioneerden wordt uw pensioen omgezet naar een persoonlijk pensioenvermogen en zal uw ingegane pensioen meebewegen met de economie. We nemen maatregelen om dalingen in ingegane pensioenen zoveel mogelijk te dempen door minder beleggingsrisico te nemen in de uitkeringsfase en het spreiden van schokken. Ook houden we onder andere een gezamenlijke buffer (solidariteitsreserve) aan. Die buffer zetten we in om slechte beleggingsopbrengsten deels op te vangen en om te voorkomen dat ingegane pensioenen dalen.

De aanspraken die u nu heeft op 65 jaar worden omgezet in uw pensioenpot. Dat kunt u 10 jaar voor de AOW-leeftijd omzetten in een maandelijks pensioen, dus op 65 jaar met pensioen gaan kan nog steeds. Als u doorwerkt tot 67 jaar en twee jaar extra premie inlegt zal uw pensioenpot hoger zijn (extra premie en langer rendement). Dan zal inderdaad SPMS naar verwachting uw pensioen twee jaar korter uitkeren. Dit is echter geen winst voor ons. U krijgt dan namelijk een hogere uitkering; een hoger pensioenvermogen wordt over een kortere periode uitgekeerd.

Kiest u na 1-1-2027 om op 65 jaar met vervroegd pensioen te gaan? Dan heeft u net zo lang  ingelegd als u zou hebben gedaan als de huidige regeling zou blijven bestaan en wordt het pensioen over een net zo lange periode uitgekeerd. U wordt dus niet benadeeld.

U kunt gedurende de eerste jaren van pensionering kiezen voor een hogere uitkering en daarna voor een lagere of andersom. Maximale verhouding bedraagt 4:3. 

Waarschijnlijk kunt u in het nieuwe pensioenstelsel kiezen voor een “bedrag ineens”. Dat betekent dat u een deel van uw pensioen in één keer kunt opnemen als u met pensioen gaat. Het gaat om maximaal 10% van uw pensioen. Dit is niet te combineren met een hoog-laag pensioen. De wet over het bedrag ineens is nog niet definitief.

Alleen op het moment van pensionering.

.Nee. U kunt niet de hele pensioenpot opnemen en beheren. Dat is wettelijk niet toegestaan voor de solidaire premieregeling.

Als u volgend jaar kiest voor hoge conversie dan haalt u de toekomstige 3% naar voren en ontvangt u een hoger pensioen. Als u niet kiest voor conversie begint u met een lager pensioenbedrag en blijft er een groter deel gereserveerd voor een toekomstige verhoging. Deze reservering wordt bij de overgang naar de nieuwe regels toegevoegd aan uw pensioenpot. Uw (lagere) uitkering zal dan in 2027 forser stijgen dan wanneer u voor een hoge conversie heeft gekozen. U kunt contact opnemen met een financieel planner als u voor de keuze staat. Zo krijgt u meer inzicht in wat een bepaalde keuze voor u betekent.

Partnerpensioen

Er is straks geen verschil meer in premie tussen deelnemers met en zonder partner.

Op het moment van overlijden wordt er gekeken of er een partner is. Dit wordt bijvoorbeeld gecontroleerd in de registers van de burgerlijke stand. Het niet meer vooraf aanmelden van de partner bespaart veel administratiekosten. Als u samenwoont en dit heeft vastgelegd met een samenlevingscontract moet u uw partner overigens wel aanmelden. Dit staat namelijk niet in het register van de burgerlijke stand. Ook als u in het buitenland woont moet u uw partner aanmelden. 

Er zijn twee soorten dekkingen:

Partnerpensioen vóór pensioeningangsdatum: 50% van het gemiddelde pensioengevend inkomen van het jaar voor overlijden. Dit is een risicodekking. Dit betekent dat u standaard verzekerd bent voor een partner- en wezenpensioen zolang u premie betaalt aan SPMS.

Partnerpensioen na pensioeningangsdatum: 70% van het ouderdomspensioen, tenzij de gepensioneerde en de partner op de pensioendatum expliciet aangeven geen of een lager partnerpensioen te willen. Dit is een kapitaaldekking.

In de huidige regeling bouwt u verplicht partnerpensioen op als u gehuwd bent of een geregistreerd partnerschap bent aangegaan. Als u samenwoont, kunt u vrijwillig partnerpensioen verzekeren.
In de nieuwe regeling gaat iedereen automatisch (verplicht) partnerpensioen verzekeren/ opbouwen. In principe wordt op de pensioendatum ouderdomspensioen mét partnerpensioen na uw overlijden aangekocht. Als u geen partner heeft of er samen met uw partner voor kiest om geen partnerpensioen aan te kopen, wordt het deel van de pensioenpot dat is bedoeld voor partnerpensioen gebruikt voor extra ouderdomspensioen. Uw maandelijks pensioen wordt dan hoger. 

Als uw partner overlijdt voordat u met pensioen gaat dan verandert de hoogte van uw pensioenpot niet. Bij pensionering kunt u de waarde van het deel van de pensioenpot dat is bedoeld voor partnerpensioen gebruiken voor extra ouderdomspensioen. Als uw partner overlijdt na de ingang van het ouderdomspensioen dan valt dat deel van uw pensioenpot vrij in de reserves van het fonds. In de solidaire regeling wordt het lang- en kortleven met elkaar gedeeld. De vrijval bij een overlijden wordt gebruikt voor andere partners die langer leven dan de statistische levensverwachting.

Overige vragen

Ja, in het nieuwe pensioenstelsel kunnen pensioenen makkelijker omhoog, maar ook omlaag in geval van economisch slecht weer. We nemen maatregelen om dalingen in ingegane pensioenen zoveel mogelijk te dempen door minder beleggingsrisico te nemen in de uitkeringsfase en het spreiden van schokken. Ook houden we onder andere een gezamenlijke buffer (solidariteitsreserve) aan. Die buffer zetten we in om slechte beleggingsopbrengsten deels op te vangen en om te voorkomen dat ingegane pensioenen dalen.

BPMS heeft als eis gesteld dat een lopende pensioenuitkering op het moment van  overgang op de nieuwe regels niet lager wordt. In theorie zou het kunnen dat een uitkering ná 2027 daalt als gevolg van economisch slecht weer.

Om schommelingen in de pensioenuitkeringen als gevolg van financiële tegenvallers op te vangen, wordt de gezamenlijke buffer (solidariteitsreserve) ingezet. 

SPMS heeft op dit moment een behoorlijke buffer. Als deze buffer er op 1-1-2027 nog steeds is, wordt een deel van die buffer gebruikt om op dat moment alle pensioenpotten te verhogen. De kans dat een lopende uitkering met de overgang naar de nieuwe regeling stijgt, is daarom groot. 

Nee, we hebben afgesproken dat geen uitkering per 1 januari 2027 daalt ook al komt de conversie te vervallen. We hebben als voorwaarde gesteld dat de eerste uitkering in het nieuwe stelsel nooit lager mag zijn dan de laatste uitkering in het huidige stelsel. 

We willen voorkomen dat een bepaalde groep deelnemers of gepensioneerden benadeeld wordt door de overgang op de nieuwe regels. We kiezen voor een zo eerlijk en evenwichtig mogelijke omzetting van de pensioenen. De inzet is dat er geen (oud-) deelnemers en gepensioneerden zijn die onevenredig nadeel ondervinden van de overgang op de nieuwe regels.

In het nieuwe pensioenstelsel zijn 2 soorten pensioenregelingen: een solidaire en een flexibele regeling. Bij de solidaire premieregeling worden de risico’s collectief gedeeld en is er sprake van een gezamenlijke buffer (solidariteitsreserve). Bij de flexibele premieregeling worden geen of minder risico’s met elkaar gedeeld. Hierdoor hebben deelnemers de extra keuzemogelijkheid om meer of minder risicovol te beleggen. En hebben deelnemers bij pensionering de keuze tussen een vast of een variabel pensioen.

BPMS heeft gekozen voor een solidaire regeling. Deze regeling sluit het beste aan bij de wensen van onze (voormalige) deelnemers. Deze wensen zijn onder meer via deelnemersonderzoeken, klankbordgroepen en de Vergadering van Afgevaardigden (VvA) van BPMS kenbaar gemaakt. 

Het VO adviseert het bestuur van SPMS over het invaren en het communicatieplan. 

Het VO bestaat uit 3 leden namens de actieve deelnemers en 2 leden namens de pensioengerechtigden.

Lees hier meer over het VO.

 

Solidariteit is een kenmerk van de huidige én nieuwe regeling. Uit deelnemersonderzoeken, klankbordgroepen en gesprekken met de Vergadering van Afgevaardigden blijkt namelijk dat medisch specialisten solidariteit belangrijk vinden. De dekking voor premie-overname bij arbeidsongeschiktheid sluit hier goed bij aan. Als we arbeidsongeschikten geen premie-overname bij arbeidsongeschiktheid zouden geven, zouden hun partner en kinderen (bijna) geen uitkering krijgen bij overlijden voor de pensioendatum en zouden zij geen pensioen meer opbouwen en dus een heel laag pensioen krijgen vanaf pensionering.

Ja. De pensioengrondslag is het deel van uw inkomen dat meetelt voor uw inleg voor pensioen. De pensioengrondslag is gelijk aan het gemaximeerde pensioengevend inkomen minus de AOW-franchise.

Er geldt een maximum pensioengevend inkomen dat jaarlijks door de overheid wordt vastgesteld. In 2025 is de maximale pensioengrondslag ongeveer € 137.000. 

Daarnaast telt uw inkomen tot € 18.475 niet mee voor uw pensioenopbouw (AOW-franchise). In de praktijk zal dus ongeveer maximaal € 119.000 van uw inkomen meetellen voor uw inleg voor pensioen. Daarom blijft het een basispensioen. 

Blijf op de hoogte

In onze nieuwsbrief informeren wij u ook over het vernieuwde pensioenstelsel. Ontvangt u deze nog niet? Meld u dan nu aan.